I translate mostly from English to Dutch and vice versa, and occasionally from German. I have 10+ years of experience in editorial work and translation practice, with a special interest in critical historical thought and political/philosophical/art-related texts.
Besides translation I'm available for other editorial work, rewriting, copychecking or similar.
For rates and other inquiries, please contact me at mail [at] thijsvissia.nl.
WORK IN PROGRESS / ECOLOGY AND SOCIAL RELATIONS
I’m currently working on a collaborative website on ecological crises and their link with the history and social relations of capitalism, geared towards a sense of alternatives, and aimed at a Dutch-language public.
The aim is to build a shared tool for translating and sharing texts and fragments, and to build a critical dictionary on these topics. Building an initial functional multi-author site will likely take until late 2019/early 2020.
Should you be interested in contributing or have any comments or suggestions, please e-mail me at the above address.
Deze pagina in het Nederlands
An incomplete list of translated work:
Over het vraagstuk van de nationaliteiten, evenals van de etniciteiten dat er nauw mee[daar aan/eraan/daaraan?] verbonden is, ging de bijeenkomst van Triëst van 29-30 augustus 1953. Omdat de toehoorders [ter plekke/daar] erop aandrongen dat een uitgebreid verslag van deze bijeenkomst direct gepubliceerd zou worden, is dit verschenen op de plek van Il Filo del Tempo in nummer 16, 17, 18, 19 en 20 van "il programma comunista"... en mogelijk nog wat meer plek dan dat.
Ondanks[ongeacht] de talrijke gesproken woorden en artikelen[gesproken en geschreven bijdragen], is de vraag niet alleen niet uitputtend, maar ook niet tot het einde toe besproken. Het historische vraagstuk van de nationale strijd en de houding van communisten daartegenover - in theoretische en in politieke zin - beperkte zich tot de Europese ruimte, waarvan we de grenzen daarentegen niet genomen hebben als tot aan de Oeral strekkend , maar ze in het Zuiden aan de Dnjepr en in het Noorden aan de Onega gelegd hebben - dit vanzelfsprekend ruwweg, grosso modo; gerekend dat de historische grens (wat betreft de politieke steun voor onafhankelijkheidsbewegingen) de periode van 1789-1871 besloeg. Blijft derhalve nog [te bespreken] de aziatische ruimte, en algemener de vraag van de niet-witte rassen, om vast te stellen dat een overeenkomstige periode, die min of meer aanving toen de andere op haar eind liep, zelf nog niet afgesloten is. Met het belangrijke onderscheid dat de witte periode samenviel met de fase van het ontstaande kapitalisme, en de gekleurde gepaard gaat aan die van het imperialistische en parasitaire kapitalisme. In ieder gevalHoe dan ook heeft het geen zin om de kleurenblinde te spelen[kleurenblindheid voor te wenden]. De volgende bijeenkomst gaat daarom over: imperialisme en het oriëntale en koloniale vraagstuk.2
2. Imperialismo e lotte coloniali (Imperialisme en koloniale strijd): Il programma comunista, nr. 23 1953.
[5.0]Met zekere regelmaat klinkt de opmerking, dat dit soort verhandelingen moeilijk en droog zijn, terwijl de "waarlijk politieke" discussies veel appetijtelijker en aantrekkelijker zijn, met name als ze gaan over de acties en verhoudingen tussen staats- en partijleiders,De noodbellen klinkenHet is tijd de noodbel te luiden, wanneer men (om in het propaganda- en agitatiewerk snellere schreden te maken) aanvangt volgens de methode te hanteren begint de methode te hanteren die stelt dat je in kringen van onder in de rangen van proletariërs enkelniets anders dan alleen maar bekende termen en stellingen en woorden moet bezigengebruiken[in bekende termen moet spreken?], gladde frases die [door allen geaccepteerd kunnen worden]voor allen acceptabel zijn, in lijn en in de pas lopen met wat er door predikanten, leraren, korporaals, gecultiveerde burgers, schrijvers en deskundigen al gemeengoed gemaakt is. Dit zou onsstelt ons vervolgens in staat stellenwat ons vervolvens in staat stelt om op het gemeenschappelijke platform van onwankelbare[onbespreekbare] heilige waarheden, het kleine gemakkelijke spelletje te spelen om al die lieden op heterdaad op missers te betrappen, om dat vervolgens als een "waarlijk politiek" succes te claimen.
Hoe meer men doordrenkt is van de eigen cultuur van deze maatschappij doordrenkt is, hoe meer ook van de rottigheid[verrotting] daarvan. Het niet verdorvenaangetaste brein van degene die met zijn spieren werkt en de brandende kwalen van uitbuiting lijfelijk ervaartondervindt, zal zich er langer immuun voor kunnen houden. Het weliswaar geinfecteerde[zieke], maar immense kapitalisme is vandaag de dag nog steeds in staat hetsymptomen{ingev} met medicijnen te onderdrukken en, tot onze spijt[he;aas], hem op andere manieren compensatie te bieden. MaarHet brein van de intellectueel daarentegen, dat altijd in gefunctioneerd heeft - zij het in een onvrijwilligopgelegd ritme - in de illusie een "minder zwaremakkelijke baan" te hebben, is een machine die doorgaans in minder dan een paar decennia versleten is. De hedendaagse intellectuele arbeiders worden door mentale geestelijke bijziendheid[presbyopie=verziendheid?wazig zicht op korte afstand] getroffen en hebben enkel het vermogen tot routinematige activiteit in de sporen van een jarenlang aangeleerde routine te volgen.
Een simpele formule voor de herders en de kuddes
De meest wijdverbreide mening over het "agrarische vraagstuk" is als volgt: Marx heeft zijn volledige kritiek van de bestaande maatschappij van de privéeconomie en de weg om het programma van de toekomstige maatschappij te verwezenlijken, gegrond op de confrontatie tussen de krachten van industriële kapitalisten en de fabrieksloonarbeiders - in de zin dat deze vorm alle andere vormen van de sociale productie zou insluiten[opslokken] en wegvagen. Toen kwam Lenin en heeft die alles vernieuwd en veranderd, doordat hij de botsing tussen de krachten van kleine boeren en grootgrondbezitters naar de voorgrond gehaaldbracht heeft en heeft laten zien, dat deze confrontatie in de dynamiek van revolutie eenzelfde - zo niet een grotere - plaats innemen kon als de industriële strijd. Uiteraard was voor de filisters beslissend dat Lenin dit niet alleen geschreven en gezegd heeft, maar dat hij met de krachten van de boeren daadwerkelijk een revolutie "gemaakt" heeft, en nog wel de enig historisch succesvolle! Nu moet deze spitsburger enkel[alleen] nog de keus [moet nog de keus maken/staat voor... de keus open]maken tussen de volgende twee alternatieven: het leninisme is de boerenrevolutie die voorafgaat aan de arbeidersrevolutie - danwel: het leninisme is de ontdekking van de manier om de boeren te bedotten zodat ze de arbeidersrevolutie doorvoeren (net als het liberalisme de ontdekking is van de manier om te zorgen dat boeren en arbeiders de kapitalistische revolutie voltrekken).
Wat onszelf betreft, zijn we überhaupt niet gekrenkt[beledigd] als men ons van dogmatisme beschuldigt. Maar laten we Lenin aan het woord. Zijn werk uit 1901 over Het agrarische vraagstuk en de "critici" van Marx (de aanhalingstekens zijn van Vladimir) begint als volgt: " 'Demonstreren (...) dat het dogmatische marxisme, in agrarische kwesties, van standpunt verschoven is, is hetzelfde als een open deur intrappen...' Zo verklaarde vorig jaar de 'Russkoje Bogatstwo'4 uit de mond van de heer W. Tsjernov" (daarna een extreme opportunist geworden).
4. Russkoje Bogatstwo: tot 1918 in Petersburg verschijnend maandblad van liberale populisten.
[17.0]En Lenin vervolgt: "Dit 'dogmatische marxisme' bezit een eigenaardige eigenschap! Sinds tientallen jaren wordt door geleerden en nog grotere geleerderen plechtig verkondigd (en journalisten herhalen het letterlijk of variëren erop[of parafraseren het]), dat het marxisme door de 'kritiek' uit haar positie verdreven zou zijn - en desondanks zet iedere nieuwe criticus zich er opnieuw [van voren af aan] aanLenin en de "handleidingen"
In 1899 schreef Lenin een serie artikelen tegen de hierboven aangehaalde Boelgakov, die een "scherpe" kritiek van het in 1890 in Duitsland verschenen "Het agrarische vraagstuk - een overzicht over de tendensen van de moderne landbouw en de agrarische politiek van de sociaaldemocratie" van Kautsky gepubliceerd had.
[21.0]Dezelfde Boelgakov liet, voordat hij Kautsky te lijf ging, zich gewijd, verkondigd vernemen dat hij vastgesteld had dat [naar zijn eigen vaststelling]ook Marx "deels onjuiste voorstellingen" van de dingen had. Die onjuistheid, waar we later op terugkomen, bestond eruit dat hij[Marx] de in de industrie geldende wet van de tendentiële daling van de winstvoet als gevolg van de stijging van de organische samenstelling van het kapitaal (meer constant, minder variabel kapitaal, ofwel meer machines en grondstof, minder menselijke arbeid) ook voor de landbouw van wilde toepassing achtte. Lenin bewijst de geldigheid van deze wet zo treffend, dat het moeilijk is om niet gelijk te denken aan Stalin, die deze in zijn laatste theoretische werk überhauptin zijn geheelvolledigheid bij het grofvuil probeertde te zetten. [noot5/8]
Zie Stalin, De economische problemen[vraagstukken] van het socialisme in de USSR[Sovjet-unie], 1952 en Amadeo Bordiga - Dialogato con Stalin, 1952.
Na zich erin verdiept te hebben[na zich de moeite getroost te hebben zich erin te verdiepen], weerspreekt Lenin Boelgakov's gunstige opvatting over deze wetenschappelijke handleidingen. Hij noemt er enkele, maar in geen ervan vindt hij een weergave van "de omwenteling die het kapitalisme in de landbouw bewerkstelligd heeft, terwijl geen ervan zich ook maar ten doel stelt een algemeen beeld te schetsen van de overgang van de feodale naar de kapitalistische economie" [LW 4, p. 104].
[24.0] Hier staan waarlijk de twee methoden tegenover elkaar. Terwijl lieden als Boelgakov de officiële, algemene wetenschap doorspitten [...] [25.0]
Landwirtschaft und Geschichte
Zweifellos muss sich die Untersuchung über die Wechsel in der Produktionsweise, insbesondere der Ag- rarwirtschaft – die bis in die jüngste Zeit hinein den bestimmenden Teil der gesellschaftlichen Ökonomie ausmachte –, nicht nur auf das Mittelalter erstrecken, sondern auf die gesamte Menschheitsgeschichte.
Economia rurale e storia
Non soltanto al Medioevo ma a tutto il ciclo storico umano va estesa, non vi ha dubbio, la ricerca sul mutarsi delle forme di produzione e di economia agricola che fino ad un tempo avanzatissimo rappresentano la parte preponderante di tutta l'economia sociale.
Économie rurale et histoire
La recherche sur les changements survenus dans les formes de production et d'économie agricoles, qui représentent la part prépondérante de toute l'économie sociale jusqu'à l'époque la plus récente, doit s'étendre, c'est indiscutable, non seulement au Moyen Age, mais à tout le cycle historique de l'humanité.